Cotyledon

TOMENTOSA Harvey (Dutch)

My dear lady…

Cotyledon tomentosa  Harvey.

 

( in Flora capensis 2:373 (1862)

“tomentosa” = behaard

 

Er zijn 2 species beschreven/herkend 1. Cotyledon tomentosa Harv.ssp tomentosa  Toelken in Bothalia 12:194 (1977)

2. Cotyledon tomentosa Harv.ssp ladismithensis (von Poelnitz) Toelken in Bothalia 12.194 (1977)

 

 

In het nu al meer dan 15 jarig bestaan van CaVeKa is er omtrent het geslacht Cotyledon nog niet veel op papier gezet.Het moet gezegd worden dat de kennis hieromtrent zich praktisch beperkte tot misschien een vijftal soorten nl C. galpini,C. orbiculata & 2 varianten,C. tomentosa en 1 ssp,verder nog  C. undulata en hiermee is ’t vat af…

Mijn zoektocht naar achtergrondinformatie leverde eerst maar weinig materiaal op en ik startte dus maar met wat ik vond in Hermann Jacobsen’s Lexicon.

Het geslacht Cotyledon behoort tot de Crassulaceae,een familie die zo’n 42 leden telt en hiermee de grootste succulentengroep.

De Cotyledons tellen ongeveer 48 soorten met enkele variëteiten,ze zijn onderverdeeld in 2 groepen,de typeplant is C. orbiculata,.

1e  Stamvormend (caulescent) en 2e stamloze (acauline).

De 1e groep telt 2 secties :I Alternifoliae met 4 ondersecties en II Cotyledon met 8 ondersecties.

De 2e groep heeft slechts 1 sectie.

Het verspreidingsgebied situeert zich hoofdzakelijk in ZW-Afrika,verder ook nog in Z-Arabië, Jemen,Somalië en Kenia.

Het zijn groepenvormende succulente struikjes met kreemgele,roze, rode tot bijna bruine bloemen met 5 bloembladen,de bladeren zijn tegengesteld,vele schijnen zelffertiel te zijn.

 

.Beschrijving:

 

Cotyledon tomentosa  is een kleine,sterk vertakkende struik,ongeveer 30cm hoog,  takken houtachtig onderaan en bladloos,naar boven toe per takje 4 à 6 bladparen,groen, langwerpig, versmallend aan de basis,dik, vlezig, zacht behaard,de onderkant sterk bolvormig,ongeveer 5cm lang en tot 2  cm breed,12mm dik met aan de bovenkant tot 9 puntige uitsteeksels. Bloeiwijze half opgericht tot afhangend.Bloemen  bleekgeel tot lichtroze vruchtbeginsel groen,behaard. Bloeit bij ons meestal in de herfst (= lente in Z-Afrika), bloeit gedurende 7 à 8 weken.

 

C.tomentosa ssp ladismithensis heeft iets langere,bijna rolronde bladeren met hooguit 2 soms 3 puntige uitsteeksels

 

Deze subspecies is genoemd naar het Z-Afrikaans ministadje Ladismith in de Kaapprovincie,een heel eind ten westen van Oudshoorn.op de R62 (route) die via Zoar, Hoeko en Ladismith doorloopt tot Lagenberg

Op Google vind je echter ook C. “ladysmithensis” met Y of   C.“ladysmithiensis” met y en met i in de uitgang. Allebei verkeerd.Ladysmith is een dorp gelegen in N-O  van de provincie Natal, ongeveer op de R3 van Durban naar Johannesburg tot ong. Deundop,dan de R103 naar Ladysmith en verder.In die streek groeien er GEEN Coyledons….

De uitgang “iensis” is fout ,het moet “ensis” zijn ,het betekent “voorkomend in”,in dit geval Ladismithensis.

 

Verzorging: verlangt een zeer luchtig (waterdoorlatend) grondmengsel met weinig humus,’n deel leem- of kleigrond met veel steengruis,shiste o.i.d. ’s Zomers af en toe eens doornat gieten met ruime tussenpozen,’s winters juist vocht genoeg om ’t verschrompelen of bladverlies te vermijden.

 

Vermeerdering door zaad,blad- en stengelstek.Om de 2 à 3 jaar de plant verjongen (inkorten bevordert de bloei).

 

Tekst en foto

Paul Neut

 

« back